Erfgoedwet en Omgevingswet

Samen met de nieuwe Omgevingswet maakt de Erfgoedwet een integrale bescherming van ons cultureel erfgoed mogelijk. De regelgeving over het behoud en beheer van cultureel erfgoed is sinds 2016 ondergebracht in de Erfgoedwet. De Erfgoedwet vervangt 6 wetten en regelingen op het gebied van cultureel erfgoed. Het deel dat betrekking heeft op de besluitvorming in de fysieke leefomgeving gaat over naar de Omgevingswet. De planning is nu dat de Omgevingswet 1 juli 2023 van kracht gaat. Samen met de Erfgoedwet zal cultureel erfgoed met de Omgevingswet zo goed mogelijk beschermd worden. De Omgevingswet bundelt wetten en regelingen over onder meer ruimte, wonen, infrastructuur, milieu, natuur en water. De Omgevingswet definieert cultureel erfgoed als: monumenten, archeologische monumenten, stads- en dorpsgezichten en cultuurlandschappen.

Archeologie

Op grond van de huidige Erfgoedwet zijn gemeenten verantwoordelijk voor de omgang met archeologische waarden binnen het eigen gemeentelijk grondgebied. Voor het Projectplan “Herinrichting beekdal Groote Beerze, traject Molenweg – De Hoeve” dient de gemeente Bladel vast te stellen of voldoende rekening is gehouden met de in de grond aanwezige dan wel te verwachten archeologische resten.

Maatwerk is voor archeologisch onderzoek van groot belang. Volgens de gestelde regelgeving in de Monumentenwet stelt het waterschap een Programma van Eisen op voor de geplande graafwerkzaamheden, met als doel zoveel mogelijk archeologische waarden in situ te behouden. Het archeologisch vooronderzoek (bureauonderzoek) is als bijlage A8 bijgevoegd.

Aardkundige waarden

Het plangebied van traject 2a maakt voor het grootste deel geen onderdeel uit van het door de provincie Noord-Brabant aangewezen ‘Aardkundig waardevol gebied Kleine en Groote Beerze, Westelbeersche Broek, Kuikeindsche Heide’. Slechts het deel tussen stuw BZ1-st18 en de Hoeve is gelegen in het aardkundig waardevolle gebied. De aardkundige waarden in het gebied zijn geïnventariseerd en in beeld gebracht door RAAP, zie bijlage A13. De adviezen die hieruit volgen zijn hieronder in dit projectplan opgenomen.

Figuur 2.1-1 Aardkundig waardevol gebied binnen plangebied traject 2a

De aardkundige kwaliteiten binnen het hele gebied van de Groote Beerze zijn de afgesneden beekmeanders, de beekdalglooiingen, de Midden-Brabantse dekzandrug, het doorbraakdal van de beek door de Midden-Brabantse dekzandrug bij Westelbeers, het stuifzand reliëf en de historische beemdenverkavelingspatroon in het beekdal. Deze aardkundige waarden hebben op grond van hun wetenschappelijke waarde, zeldzaamheid, educatieve waarde, gaafheid representativiteit en onvervangbaarheid de status gekregen van aardkundig waardevol gebied.

Voor het behoud van de aardkundige waarden zijn door de provincie beschermingsregels opgesteld. Hierbij dient wel te worden opgemerkt dat na de tweede wereldoorlog heeft het beekdal van de Groote Beerze grote veranderingen ondergaan waardoor aardkundige waarden zijn aangetast.

Door het samenvoegen van beemden, is de typische beemdenverkaveling plaatslijk verloren gegaan. Daarnaast zijn oude hooilanden in het derde kwart van de twintigste eeuw omgezet tot populierenbos en is er een diep uitgegraven rabattensysteem aangelegd die de afwatering richting de Beerze verzorgde.

Tot slot zijn de natuurlijke reliëfvormen van de Groote Beerze aangetast door het rechttrekken en kanaliseren van de beek in de jaren ‘70 van de vorige eeuw. De beek heeft hierdoor het karakter gekregen van een brede afvoersloot. De geplande werkzaamheden binnen traject 2a in het aardkundig waardevolle gebied, bestaan uit het laten hermeanderen van de beek en het afdammen van greppels. Op basis van de overwegingen gepresenteerd in het adviesdocument (zie bijlage A13) kunnen de volgende adviezen worden gegeven:

  • Door het laten hermeanderen van de beek waarbij grotendeels gebruik wordt gemaakt van een historische situatie wordt het natuurlijke proces van meanderen erosie en sedimentatie weer opgang gebracht. Hierdoor wordt deze aardkundige waarde versterkt. Het advies is dan ook om deze maatregel uit te voeren.

  • Door het afdammen van de greppels worden niet alleen hydrologische doeleinden bereikt, maar wordt er tevens aangesloten bij de natuurlijke situatie in beekdal waar meerdere natte plekken aanwezig waren.