Doelen

Waterschap De Dommel heeft in 2017 in samenwerking met andere partijen een interne projectopdracht opgesteld waarin de doelstellingen voor “Herinrichting Beekdal Groote Beerze” zijn geformuleerd. Voor dit traject gaat het om de onderstaande doelen. Daarna volgt een nadere toelichting op de water- en natuuropgaven.

  • Kader Richtlijn Water (KRW): realisatie van 3.200 meter beekherstel door meandering met GEP (goed ecologisch potentieel) 'Natuur'.

  • Natura 2000 (N2000), Beheerplan Kempenland West: realiseren van instandhoudingsdoelstellingen voor de volgende habitattypen en habitatsoorten:

    • H1831 Drijvende waterweegbree

    • H1149 Kleine modderkruiper

    • H3260A Beken en rivieren met waterplanten (waterranonkels)

  • Realisatie van het Natuurnetwerk Brabant (NNB), zie bijlage 05;

  • De Watertransitie; Creëren van een robuust en klimaatbestendig watersysteem volgens de watertransitie (Waterbeheerprogramma 2022-2027);

  • Brabantse Bossenstrategie; Realiseren van gezondere en uitbreiding van de bestaande bossen

  • Realisatie Natte Natuurparel; Kwetsbare natuur behouden en herstellen

  • Landbouwstructuurversterking; het vrijwillig en planmatig ruilen en aankopen landbouwpercelen.

  • Recreatie; Uitbreiden van wandelverbindingen, hierbij rekening houdend met andere belangen in en rondom het klimaatrobuust beekdal;

  • Hiernaast wordt aandacht besteed aan cultuurhistorisch, archeologische en aardkundige waarden in het gebied en de voorwaarden die door beleid en regelgeving worden opgelegd.

Kaderrichtlijn Water

Sinds het jaar 2000 is de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) van kracht. Daarin zijn afspraken gemaakt die ervoor moeten zorgen dat uiterlijk in 2027 het water in alle Europese landen voldoende schoon (chemisch op orde) en gezond (ecologisch in evenwicht) is. Om deze doelen te bereiken, moeten de landen van de Europese Unie een groot aantal maatregelen nemen. Zowel om de kwaliteit van de ‘eigen’ wateren op peil te brengen, als om ervoor te zorgen dat andere landen geen last meer hebben van de verontreinigingen die hun buurlanden veroorzaken. Landen waar een rivier doorheen stroomt, zoals de Maas, moeten dan ook gezamenlijk een stroomgebiedsbeheerplan opstellen. Voor beschermde gebieden gelden aanvullende kwaliteitseisen. De waterbeheerders (Rijkswaterstaat, waterschappen) moeten deze beschermde gebieden inpassen in hun waterbeheerplannen.

In dit stroomgebiedsbeheerplan zijn voor de beken in het watersysteem van de Maas KRW-maatlatten uitgeschreven. Vergelijking van de maatlatten met de situatie in het veld laten zien dat de Groote Beerze op de parameters hydrologie en morfologie overwegend slecht scoort. Op het criterium waterkwaliteit scoort de Groote Beerze echter wel overwegend goed (Bron: HOW-update 2021).

Dit betekent dat de omstandigheden in de beek voor macrofauna en stroming minnende beekvissen zoals het bermpje, serpeling, riviergondel, rivierdonderpad, kopvoorn verbetert dienen te worden. Deze soorten geven (voor hun paaiplaatsen) de voorkeur aan zand- of grindbodems. Dergelijke habitats worden alleen in stand gehouden bij hogere stroomsnelheden dan in de huidige situatie. Daarnaast dient vismigratie in de beek mogelijk gemaakt te worden. Voorliggend Projectplan Waterwet geeft hier voor traject 2a van de Groote Beerze invulling aan.

Natura-2000

Het plangebied maakt onderdeel uit van het Natura 2000-gebied Kempenland West. Het Natura 2000-gebied Kempenland West omvat restanten van het eertijds uitgestrekte heidelandschap in Midden-Brabant. Van west naar oost gaat het om de Rovertse Heide en het ven Papschot, een aaneengesloten gebied vanaf de Reusel bij de landgoederen Wellenseind en De Utrecht via de Mispeleindsche en Neterselsche Heide tot en met de Landschotsche Heide, en ten slotte het Klein en Groot Meer bij Vessem. De terreinen zijn van belang vanwege de natte en droge heide met daarin een aantal vennen. Tussen de heideterreinen stromen de laaglandbeken Reusel, Groote Beerze, zie Figuur 1.2‑1 en Kleine Beerze, waarvan grote delen van de middenlopen tot het Natura 2000-gebied behoren. Deze beken bevatten de grootste populatie van de Drijvende waterweegbree (Luronium natans) in ons land.

Het beekdal is aangewezen voor de instandhoudingsdoelstellingen voor de volgende habitattypen en habitatsoorten:

  • H1831 Drijvende waterweegbree

  • H1149 Kleine modderkruiper

  • H3260A Beken en rivieren met waterplanten (waterranonkels)

Het herstel van de hydrologische situatie en het ontwikkelen van natuurgebied (Natuurnetwerk Brabant) in en nabij de Groote Beerze is opgenomen als maatregel in het Natura 2000-beheerplan Kempenland West. Voorliggend Projectplan Waterwet geeft hier voor een belangrijk deel invulling aan.

Figuur 1.2‑1 Ligging Natura2000 gebied in plangebied

Figuur 1.2‑2 Natuurnetwerk Brabant met bestaande en nieuwe natuur

Natuurnetwerk Brabant

Het Natuurnetwerk Brabant is onderdeel van het Natuurnetwerk Nederland (voorheen Ecologische Hoofdstructuur (EHS)). Door natuurgebieden te vergroten en onderling te verbinden, ontstaat een netwerk van natuur. Planten en dieren krijgen zo meer ruimte en kunnen makkelijker van het ene naar het andere gebied verplaatsen. Dit is belangrijk om genoeg voedsel te vinden en zich voort te kunnen planten. Provincie Noord-Brabant werkt daarom samen met andere overheden, natuurorganisaties en agrariërs aan het realiseren van het netwerk door natuurprojecten te financieren en soms ook zelf uit te voeren. Daarnaast steunt de provincie via het Groen Ontwikkelfonds Brabant initiatiefnemers die zelf natuur willen ontwikkelen en beheren.

Op de kaart van Figuur 1.2‑2 is het bestaande Natuurnetwerk Brabant groen gearceerd weergegeven. Het natuurnetwerk volgt met een variërende breedte de Groote Beerze. Het grootste deel van het plangebied dient nog van landbouwgrond omgevormd te worden tot natuur (zie paarse arcering). Dit wordt voor een belangrijk deel vormgegeven binnen voorliggend project. Binnen het natuurnetwerk is het de ambitie om Moeras (N05.01), Rivier- en beekbegeleidend bos (N14.01), Vochtig Hooiland (N10.02) en Kruiden- en faunarijk grasland (N12.02) te ontwikkelen. Onderdeel van het project is tevens om de begrenzing van het natuurnetwerk aan te passen, zodat integraal invulling gegeven kan worden aan het bereiken van alle doelen. De herbegrenzing van het natuurnetwerk wordt in een separaat proces vormgegeven.

Brabantse Bossenstrategie

Provincie Noord-Brabant streeft voor de gehele provincie naar een uitbreiding met 13.000 ha bos in 2030. Het bos zal voor een groot deel binnen de grenzen van het Natuurnetwerk Brabant komen. Dat zorgt onder andere voor meer zuivere lucht en het vastleggen van CO2. Daarnaast zet de strategie in op het realiseren van bossen waarin verzuring tegengegaan, water vastgehouden en de biodiversiteit verbeterd wordt.

Natte Natuurparel

Natte natuurparels zijn door de provincie aangewezen gebieden met bijzondere natuurwaarden. Het doel van natte natuurparels is om de kwetsbare natte natuur te behouden en te herstellen. Het waterschap zet zich in om het regen- en grondwater in deze gebieden langer vast te houden om zo verdroging tegen te gaan. De uitdaging is een optimale (grond)waterstand te bereiken, waarbij een zorgvuldige afweging wordt gemaakt tussen de natuur en het omliggende gebruik van het gebied. Op de kaart van Figuur 1.2‑3 geeft de blauwe arcering het deel dat natte natuurparel is weer.

Figuur 1.2‑3 Natte natuurparel in blauwe arcering

Waterbeheerprogramma 2022-2027

Het Waterbeheerprogramma 2022-2027 ‘Werken aan een watertransitie’ voorziet naast de hierboven beschreven water- en natuuropgaven in het realiseren van een duurzaam en klimaatrobuust watersysteem. Het watersysteem bestendig maken tegen perioden van langdurige droogte en tegelijkertijd het borgen van waterveiligheid bij hoge piekafvoeren nu en in de toekomst, maken hiermee integraal onderdeel uit van de opgaven. (Zie voor nadere toelichting paragraaf 2.2).

In navolging op het Waterbeheerprogramma 2022-2027 heeft het waterschapsbestuur op 15 februari 2023 de Nota handelingsperspectieven watertransitie vastgesteld. Dit betreft een doorvertaling van het Waterbeheerpromma. In het handelingsperspectief watertransitie beschrijft het waterschap de betekenis van de watertransitie voor de verschillende soorten gebieden. Dit zijn de hoge koppen, flanken en de beekdalen. Dit geeft houvast en biedt kansen voor de omgeving.

Door de beekdalbrede benadering, waarbij niet alleen naar beekherstel gekeken is, maar ook naar het vast kunnen houden van water op de flanken van het beekdal en het bieden van meer ruimte voor water bij piekafvoeren, wordt aangesloten op bovengenoemde programma’s en de geschetste principes vanuit de watertransitie en de handelingsperpectieven.